De wezentoeslag

Wanneer een kind 1 of beide ouders verliest, dan kan er een wezentoeslag boven op het basisbedrag van de kinderbijslag of het Groeipakket worden toegekend. Lees hier alles over de wezentoeslag.

 

 

Wat is de wezentoeslag?

Kinderen die een ouder of beide ouders verliezen, hebben recht op extra ondersteuning binnen het Groeipakket of kinderbijslag. Zij hebben recht op een wezentoeslag, voorheen was dit ook gekend als de verhoogde wezenbijslag of wezengeld in de volksmond

 

 

Wie heeft recht op de wezentoeslag in het Groeipakket?

De wezentoeslag is er voor elk wettelijk, erkend of geadopteerd kind waarvan minstens één van de ouders overleden is, op voorwaarde dat het in Vlaanderen is gedomicilieerd. Ook wanneer de vrederechter de onzekerheid over leven en dood van de ouder(s) vaststelt in een vonnis (‘vermoeden van afwezigheid’ zoals dat heet), heeft het kind recht op een wezentoeslag.

De toeslag wordt toegekend vanaf de maand van overlijden, of vanaf de datum vermeld in het vonnis van de vrederechter.

Een wees of halfwees krijgt een wezentoeslag zolang hij of zij recht heeft op een Groeipakket, ook als de overblijvende ouder een nieuw gezin vormt.


Wie ontvangt de wezenbijslag?

We betalen de wezentoeslag uit aan de persoon die het kind opvoedt. Deze betaling gebeurt telkens op de 8ste van de maand, bovenop het maandelijks Groeipakket.

Is het kind ouder dan 16 jaar en woont het alleen? Dan krijgt hij of zij de wezentoeslag zelf.

 

Hoe kan je een wezentoeslag aanvragen?

In geval van overlijden van één of beide ouders, hoef je zelf geen wezentoeslag aan te vragen. Via de Kruispuntbank wordt MyFamily op de hoogte gebracht. We betalen dan de wezentoeslag automatisch uit. Toch is het nuttig om bij het overlijden van een ouder in België meteen MyFamily te informeren. Zo kunnen wij de toekenningsprocedure sneller starten.

Gaat het om een ‘vermoeden van afwezigheid’ van één of beide ouders, vastgesteld door de rechtbank van eerste aanleg? Bezorg MyFamily dan zo snel mogelijk een kopie van het vonnis.

De rechtbank van eerste aanleg kan een ‘vermoeden van afwezigheid’ vaststellen indien een persoon sinds meer dan drie maanden niet meer in zijn woon- of verblijfplaats is verschenen en men van hem gedurende minstens drie maanden geen nieuws meer heeft ontvangen. Daardoor ontstaat er onzekerheid over zijn leven of dood.

Vond het overlijden van één of beide ouders plaats in het buitenland? Stuur ons dan de overlijdensakte(s). Onze Groeipakketcoaches kijken je recht op wezentoeslag na.

 

 

Hoeveel bedraagt de wezentoeslag?

Elke wees krijgt een wezentoeslag van € 176,65 bovenop het basisbedrag indien:

– de enige ouder overleden is of beide ouders overleden zijn

– de vrederechter de afwezigheid vaststelde van de enige ouder of van beide ouders

– de ene ouder overleden is en de vrederechter de afwezigheid vaststelde van de andere ouder

 

Elke halfwees krijgt een wezentoeslag van € 141,33 bovenop het basisbedrag indien:

– één van de ouders overleden is

– de vrederechter de afwezigheid vaststelde van één van de ouders

Kreeg je al de verhoogde wezenbijslag in 2018? Dan behoud je dit bedrag binnen het Groeipakket. Je kan ook onder bepaalde voorwaarden bijkomend een sociale toeslag krijgen.

 

 

Kan je het recht op wezentoeslag of wezenbijslag verliezen?

Je kan het recht op een wezentoeslag of wezenbijslag verliezen. Dit is afhankelijk van de overlijdensdatum.

 

 

Ligt de overlijdensdatum voor 1 januari 2019? (oude regeling)

Als je de wezenbijslag ontving voor 1/1/2019, dan valt het recht op de wezenbijslag weg van zodra je een feitelijk gezin vormt.  Je vormt een feitelijk gezin met iedereen die geen verwante is van jou (dus geen verwantschap binnen de derde graad) én op hetzelfde adres woont. Je neemt gezamenlijk beslissingen en draagt financieel bij. Op het ogenblik van het ontstaan van het feitelijk gezin, dan val je terug op het gewone Groeipakket. Dit geldt ook voor gehuwden die samenwonen. Vanaf dan betalen we de oude basisbedragen uit, verhoogd met de leeftijdstoeslag. Omgekeerd geldt hetzelfde. Als de overlevende ouder niet meer samenwoont of verlaat het weeskind of komt zelf te overlijden, dan bestaat er opnieuw een recht op wezenbijslag.

  • - Een voorbeeld

    Rudy is overleden op 5/10/2018. Zijn kinderen Tess (geboren op 15/07/2014) en Finn (geboren op 27/07/2016), wonen bij de moeder die alleenstaande is. Zij ontvangt vanaf 1/11/2018 de verhoogde wezenbijslag, momenteel € 382,92 voor Tess en € 382,92 voor Finn. Op 20/02/2023 gaat de moeder samenwonen. Vanaf 1/03/2023 zal zij € 184,47 basisbijslag en € 16,36 leeftijdstoeslag ontvangen voor Tess en € 99,70 basisbijslag alsook en € 32,63 leeftijdstoeslag voor Finn.

Je ontvangt de wezentoeslag na 1/1/2019 (nieuwe regeling)

Dan behouden kinderen het recht op de wezentoeslag zolang ze recht hebben op Groeipakket. Het maakt niet uit of de overlevende ouder samenwoont of een nieuw feitelijk gezin vormt.

  • - Een voorbeeld
    Emilia is geboren op 12/03/2019. Haar mama Zeynep overlijdt op 10/12/2019. Emilia woont bij haar papa Daniel. Daniel zal vanaf 1/01/2020 boven op het basisbedrag van € 176,65 een wezentoeslag van € 141,33 per maand ontvangen. Daniel gaat met zijn vriendin Mia samenwonen op 14/05/2020. Emilia behoudt de wezentoeslag van € 141,33.

Heb je vragen?

Onze Groeipakketcoaches geven jou graag alle informatie. Contacteer hen gerust of neem een kijkje op onze veelgestelde vragen