Wie volgt je zwangerschap op: gynaecoloog, vroedvrouw of huisarts?

    Tussen je zwangerschap en de geboorte van je kind vinden er standaard een aantal controles plaats bij de gynaecoloog. De arts controleert dan de vordering van je zwangerschap, jouw gezondheid en die van de baby. Wij zetten de belangrijkste zaken op een rij.    

Zwanger: huisarts of gynaecoloog? De eerste stap in medische begeleiding.

Nadat je een positieve zwangerschapstest hebt gedaan, is de huisarts vaak je eerste aanspreekpunt. Je kan bij hem of haar terecht om de zwangerschap via een bloedonderzoek medisch te laten bevestigen. Daarnaast speelt de huisarts ook een belangrijke rol als doorverwijzer: als je nog geen vaste gynaecoloog hebt, kan de huisarts je helpen bij het vinden van een geschikte specialist en je meteen doorverwijzen. Zo vormt de huisarts een laagdrempelige en betrouwbare schakel in het begin van je zwangerschapstraject.

Wat doet een gynaecoloog bij zwangerschap?

Tijdens de zwangerschap volgt een gynaecoloog je medische gezondheid en de ontwikkeling van je baby op via regelmatige routinecontroles. Bij elke consultatie worden meestal je bloeddruk en gewicht gecontroleerd, en wordt er nagegaan of er klachten of risico’s zijn. De gynaecoloog plant ook verschillende echo’s in om de groei, ligging en gezondheid van de baby te beoordelen. Daarnaast worden er bloedonderzoeken uitgevoerd, onder andere om je ijzergehalte, bloedsuiker en bloedgroep te bepalen. 

Al deze controles helpen om complicaties op tijd op te sporen en om jou en je baby de best mogelijke zorg te bieden. Het is belangrijk om een gynaecoloog te kiezen waarbij je je op je gemak voelt, zodat je gerust je mogelijke klachten kan bespreken. 

Zwangerschapscontroles

Na de bevestiging van je zwangerschap door een bloedonderzoek, word je uitgenodigd voor een eerste prenatale consultatie. Zulke zwangerschapscontroles gebeuren meestal om de vier weken tijdens het eerste semester, en vervolgens wekelijks of tweewekelijks.

Bij elk bezoek kom je te weten of je baby, baarmoeder en buik gezond doorgroeien, en of de ligging en hartslag van het kind in orde zijn. Verhoogde hoeveelheden suiker in je urine en eiwitten in je bloed kunnen namelijk aanwijzingen zijn voor respectievelijk zwangerschapsdiabetes en zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie). Dan heb je bijkomende medische zorgen nodig.

Gewichtstoename tijdens de zwangerschap

De gynaecoloog houdt je gewichtstoename nauwkeurig in de gaten. Hoeveel mag je precies aankomen? Vrouwen met een gezond BMI (tussen 18,5 en 24,9) krijgen er meestal 11,5 tot 16 kg bij. In het geval van een tweeling is dat 17 à 25 kg. Ben je te mager? Dan mag je gerust wat meer bijkomen. Voor vrouwen met overgewicht is het dan weer beter om de gewichtstoename te beperken.

Drie echografieën

Voor de meeste zwangerschappen schrijft de gynaecoloog drie echografieën voor, met telkens een tussenperiode van een aantal maanden. Bij zwangerschappen met risicofactoren of complicaties kunnen dat er meer zijn.

De eerste echografie

Rond de twaalfde week van je zwangerschap is het tijd voor de eerste echografie. De gynaecoloog kijkt naar de grootte, hartactiviteit en innesteling van het embryo, om zo een buitenbaarmoederlijke zwangerschap te kunnen uitsluiten. Een meting van de nekplooi helpt om grote afwijkingen op te sporen. Via een doptone kan je meeluisteren naar de hartslag.

Op basis van de eerste dag van je laatste menstruatie bepaalt de gynaecoloog je vermoedelijke bevallingsdatum. Ook kom je te weten hoeveel embryo’s er zijn. Misschien is er wel een tweeling op komst?

NIPT

Tijdens je eerste trimester kan je ervoor kiezen om de Niet-Invasieve Prenatale Test (NIPT) te laten uitvoeren. Die berekent de kans op chromosoomafwijkingen zoals het syndroom van Down. Als dat risico groot blijkt te zijn, dan stelt de arts mogelijk een vlokkentest of vruchtwaterpunctie voor. Beide testen houden een klein risico in op een miskraam.

De tweede echografie

In de twintigste week van je zwangerschap krijg je een tweede echografie, de zogenaamde morfologische echo. Hierbij wordt je baby volledig onderzocht: de grootte van de organen, zijn ligging, plaats en doorbloeding van de placenta, eventuele afwijkingen (open rug, gespleten lip, hartproblemen, etc.) en – als er een risico is op vroeggeboorte – de lengte van de baarmoederhals.

De tweede echografie is ook het moment waarop de gynaecoloog je met zekerheid het geslacht kan meedelen. Krijg je een jongen of een meisje?

De derde echografie

Rond de dertigste week volgt de derde echografie. Deze is bedoeld om de groei en algemene gezondheid van je baby op te volgen in de laatste fase van de zwangerschap. De arts kijkt naar de ligging van het kind en de plaats van de placenta. Ook de hoeveelheid vruchtwater wordt berekend.

Tussen al die controles en echo’s door mag je alvast op twee oren slapen voor één ding: de uitbetaling van het Groeipakket. Bij My Family gebeurt dat steevast correct en mooi op tijd, zodat jij volop kan dromen van alle mooie momenten die je met je kind gaat beleven. Wil jij ook een deel worden van onze familie? Vraag dan vandaag je Groeipakket aan